Deelnemen aan je eerste wedstrijd?
Dus binnenkort is het zover. Je gaat je allereerste wedstrijd rijden en dat is natuurlijk erg spannend. Wat kan je verwachten en wat wordt er van jou verwacht? Met deze informatie ben je zo goed als mogelijk voorbereid.

Je trainer bepaalt op basis van je technische vorderingen wanneer je aan een wedstrijd kunt deelnemen. Met jouw trainer maak je een kür en dan wordt het tijd voor je allereerste wedstrijd! Je allereerste wedstrijd zal in een Recreantenwedstrijd (Bokaalwedstrijd) zijn.

Hoe verloopt zo’n wedstrijd? Je krijgt van NSV een mail met het tijdsschema van de wedstrijd. Je moet MINIMAAL één uur voor aanvang van je wedstrijd aanwezig zijn (haren en make-up zijn dan al gedaan), maar liever nog iets ruimer. De muziek (MP3-bestand) is meestal door de wedstrijdorganisatie van NSV naar de organiserende vereniging gestuurd.  Bij aankomst overhandig je de wedstrijdlicentie bij de inschrijfbalie. De licentie wordt gecontroleerd en mag je meteen weer meenemen. Vervolgens meld je je bij jouw trainer, die je gaat begeleiden. De ouders/begeleiders nemen plaats op de tribune.

De trainer begint vervolgens met de warming-up en neemt ook (op het droge) jouw kür nogmaals met jou door. Vervolgens kleed je je om in een mooie wedstrijdoutfit. Het is handig om tijdens een training hier alvast een keer in te trainen, zodat je zeker weet dat alle bandjes op zijn plaats blijven zitten en ondergoed niet onder je pakje uitkomt e.d. Ook zorg je dat je haren goed vastzitten. Met goed vastzitten, bedoelen we ook echt GOED vastzitten. Heel wat speldjes etc. blijven achter op het ijs tijdens het Kürrijden en dat is zeer gevaarlijk voor de overige deelnemers. Zorg ook voor mooie make-up, zodat je stralend op het ijs staat. Trek daarna een warm trainingsjack over je schaatspakje aan en zorg eventueel voor een deken tijdens het wachten!

Daarna trek je je schaatsen aan en meld je je weer bij je trainer. Je bent ingedeeld in een groepje van ongeveer 5 tot 8 rijders. Dit groepje gaat gezamenlijk inrijden. Het inrijden duurt vier minuten. Als je nog één minuut hebt, dan wordt dat omgeroepen. Bij het inrijden ga je eerst een rondje inrijden om even het ijsgevoel te krijgen en vervolgens ga je je kür één keer rijden. Daarna schaats je naar je trainer toe die zal aangeven wat je nog even extra moet oefenen. Als de 4 minuten om zijn gaan alle rijders, behalve de eerste rijder, van het ijs. De eerste rijder begint aan de wedstrijd. De andere deelnemers wachten in de dug-out aan of achter de boarding. Zorg dat je warm blijft door te blijven bewegen. Jouw trainer blijft bij je.

Als je aan de beurt bent schaats je het ijs op, maakt een begroetingsbuiging naar de jury en zoek je je plek op de baan voor je startpositie. Zorg dat je vooral zelf plezier hebt tijdens het rijden van je kür! Probeer niet teveel aan de jury en publiek te denken. Dit is jouw moment om op het ijs te stralen! Als je kür klaar is maak je weer een buiging naar de jury en het publiek, ga je naar je trainer toe en kleed je je wel of niet om en zorg je dat je op tijd aanwezig bent bij de prijsuitreiking in je schaatspakje.

Als er nog vragen zijn, stel ze aan je trainer. Een wedstrijd is spannend. Hoe beter je je voorbereid, hoe beter dat de kür zal gaan. Succes!